Hervorming lokaal belastinggebied
Op 14 februari 2018 ondertekenden het Rijk, gemeenten, provincies en waterschappen een interbestuurlijk programma (IBP) met bijbehorende gezamenlijke agenda. Uitgangspunt hierbij is dat de maatschappelijke opgaven van nu zich manifesteren op lokaal, regionaal, nationaal, Europees en mondiaal niveau. Vaak spelen ze op meerdere schaalniveaus tegelijk en liggen oplossingen niet in het bereik van één overheidslaag. Een toenemend aantal maatschappelijke opgaven is alleen op te lossen wanneer gemeenten, provincies, waterschappen en Rijk als één overheid samenwerken richting partners. Over de fiscale thema’s zijn in het IBP de volgende procesafspraken gemaakt:
- Decentrale belastingstelsels hebben regulier onderhoud nodig om in goede staat te blijven en toekomstbestendig te zijn. Rijk en mede overheden gaan aan dit onderhoud werken en verkennen daarnaast de mogelijkheden die decentrale belastingstelsels bieden om de realisatie van gezamenlijke ambities te faciliteren.
- Eventuele knelpunten op het niveau van zowel de Rijksoverheid als de mede overheden in de fiscale regelgeving die belangrijke doelstellingen van zowel Rijk als decentrale overheden in de weg staan (bijvoorbeeld op het gebied van duurzaamheid en de circulaire economie) worden geïnventariseerd om te bezien of er, met inachtneming van bestaande wet- en regelgeving, oplossingen kunnen worden geboden.
Bezwaar en beroep bij kwijtschelding
Op dit moment is er geen bezwaar mogelijk tegen een beschikking uitstel van betaling. Tegen een beschikking kwijtschelding van gemeentelijke belastingen is nu administratief beroep bij het college mogelijk. In de toekomst is in beide gevallen eerst bezwaar bij de invorderingsambtenaar mogelijk en is daarna de fiscale rechter bevoegd (rechtbank in eerste aanleg, gerechtshof in hoger beroep en Hoge Raad in cassatie). Deze landelijke wijziging treedt naar verwachting vanaf 2021 in werking.
Onroerende-zaakbelastingen
Het begrotingsbeleid van Almelo is dat de OZB-tarieven worden aangepast met de inflatie, gecorrigeerd met de waardestijging of -daling van het onroerend goed. Voor het jaar 2019 wordt uitgegaan van een indexering van 2,3%. Daarnaast is in de begroting opgenomen een stijging van de OZB opbrengsten conform afspraak bij de perspectiefnota 2015 van 120.000 euro. Dit is het laatste jaar. Deze stijging wordt gecompenseerd met een verlaging van de rioolheffing van 120.000 euro. Deze daling hangt samen met minder water afkoppelen en het verlengen van afschrijvingstermijnen. Omdat de gegevens van de jaarlijkse herwaardering nog niet volledig beschikbaar zijn kunnen de tarieven 2019 op dit moment nog niet definitief worden vastgesteld.
Hondenbelasting
Bij het vaststellen van de begroting 2018 heeft de raad het college opdracht gegeven om bij de begroting 2019 een besluit uit te werken waarin de hondenbelasting in maximaal 2 jaar tijd volledig wordt afgebouwd.Op basis hiervan is in 2019 rekening gehouden met een halvering van het tarief. Vanaf 2020 wordt geen hondenbelasting meer geheven.